Aan het begin van elk semester was het altijd een waar genoegen om enthousiaste studenten naar hun lessen te zien gaan in indrukwekkende universiteitsgebouwen, klaar voor de eerste stappen in hun academische carrière. Maar vandaag de dag zijn deze campussen verlaten. Het virus heeft een enorme impact gehad op het gebruik van onze ruimtes. Fysieke lessen worden vervangen door online lessen die vanaf de slaapkamers en keukentafels worden bekeken, en de samenwerking verloopt vaak via e-mails of Whatsapp. We moeten nu allemaal anders leren, samenwerken, ons concentreren en ontspannen. Door het gebrek aan face-to-face interactie heeft de kwaliteit van het hoger onderwijs volgens de directievoorzitter van de Universiteit van Amsterdam enorm geleden. Niet alleen is de kwaliteit van de lessen achteruit gegaan, ook lijdt de ervaring voor de studenten, de de samenwerking tussen de studenten en de zelfstudie hieronder. Veel studenten wonen met een beperkt budget in een eenkamerappartement en missen faciliteiten als een goed bureau, stoel, Wifi-aansluiting en/of computer. Veel studenten staan te trappelen om hun huis te verlaten om op de universiteit te studeren, maar de universiteitsgebouwen hebben een beperkte capaciteit om ze van deze behoefte te voorzien. In sommige gevallen hebben de universiteiten maar 30% van hun normale capaciteit beschikbaar. Veel universiteiten zijn nu bang voor dropouts omdat een gebrek aan academische en sociale integratie een belangrijke voorspeller is van de prestaties van studenten. De vraag is dan ook: hoe kunnen universiteiten hun ruimtes effectiever gebruiken om de kwaliteit van het hoger onderwijs op peil te houden?

Lege gebouwen

Veel, zo niet alle, lessen worden nu online gegeven. Leerlingen wonen de lessen online bij en leraren verzorgen ze vanuit hun eigen huis. Het eerste eect hiervan is dat het leidt tot relatief lege universiteitsgebouwen. Lege maar open gebouwen leiden tot veel onnodige kosten als het gaat om verwarming, schoonmaak, onderhoud etcetera.